Sam Deltour, Huguette Beyens en Dirk De Wachter
Samenvatting
Postpsychotische groei is een vrij recent onderzoeksdomein. Persoonlijke getuigenissen en toenemend kwalitatief en kwantitatief onderzoek leren ons dat de destructieve kracht van psychose gevolgd kan worden door een fase van reconstructie en groei voor de getroffen persoon en zijn omgeving. De bestaande inzichten uit de literatuur omtrent posttraumatische groei kunnen dergelijke processen voeden. Een essentieel onderdeel van zo’n hersteltraject is betekenisgeving. In deze bijdrage illustreren we de cocreatie van een narratief rondom de pijnlijke en confronterende ervaringen met psychose van de ouders van Pieter. Deze tekst kwam samen met de ouders van Pieter en Pieters toestemming tot stand. Persoonlijke details zijn gewijzigd om hun privacy te waarborgen. De eigen ervaring met psychose van hun therapeut (de eerste auteur) droeg bij aan dit proces van herstel en zingeving. Naast diagnoses en labels hebben we het vermogen verhalen en gebeurtenissen een betekenis te geven. In een maatschappij, en zorglandschap, met een soms reductionistisch wereldbeeld krijgt deze dimensie niet altijd de ruimte die ze verdient, waardoor we de potentiële groei van cliënten en hun omgeving dreigen te ondermijnen.
Inleiding
Postpsychotische groei (PPG)
Psychose haalt getroffenen en hun directe omgeving veelal genadeloos onderuit (Addington e.a., 2005). Berry en anderen (2013) besluiten hun review met de vaststelling dat een psychotische episode, eventueel resulterend in een opname, een traumatische gebeurtenis kan zijn voor de persoon in kwestie, met een mogelijke ptss nadien. We moeten erop letten dat we het begrip trauma voorzichtig hanteren, om zo het begrip niet te laten vervlakken. Toch kunnen we stellen dat psychose een fenomeen is dat in de regel diepe wonden in en tussen mensen slaat. Alle schijnbare zekerheden en ervaren beheersbaarheid van onze existentie kunnen er in één klap door teniet worden gedaan. Na deze destructieve fase kan evenwel een periode aanbreken met ruimte voor heling, reconstructie en groei, vergelijkbaar met de posttraumatische groei (ptg) die bij ptss is beschreven. (Dunkley & Bates, 2013). In een zeer recente systematische review van Ng en collega’s (2021) tonen de auteurs overtuigend dit potentieel tot ptg aan en beschrijven zij de faciliterende onderliggende mechanismen. Die mechanismen tonen grote overeenkomsten met de noodzakelijke elementen voor ptg.
De pioniers op dit gebied zijn Tedeschi en Calhoun (1995). Zij stellen in hun referentiewerk, Trauma and Transformation: Growing in the aftermath of suffering, dat zich na de negatieve impact van een trauma, tevens een emotioneel en gedragsmatig herstelproces kan voltrekken met kenmerken van ptg. Ryff (2014) schetst in een kwalitatieve en kwantitatieve review over dit fenomeen de kernelementen van zo’n proces. Hoe groter de destructieve kracht van de rampspoed en de leegte die erop volgt, des te groter zijn de mogelijkheid tot ptg nadien. Drie elementen zijn bij die reconstructie essentieel. In de eerste plaats het verkrijgen van een vorm van eigenaarschap over het herstelproces. Ten tweede het creëren van een betekenisvol narratief dat zin geeft aan het gebeurde binnen de sfeer van het eigen levensverhaal. Ten derde het inbedden van deze helende beweging in een sociale context, met diepgaand menselijk contact.
PPG bij families
Een eerste psychotische episode doet zich voornamelijk voor in de adolescentie (Van Os & Kapur, 2009). Het familiaal weefsel vormt dan ook een van de belangrijkste bronnen van diepgaand menselijk contact om het herstelproces te omkaderen en te voeden. Al meer dan tien jaar geleden adviseerde de nice-guideline over schizofrenie het toepassen van familie-interventies bij het verschijnen van een psychotische episode (nice, 2009).
Voor mensen die getroffen werden door traumatische ervaringen breidden Berger en Weiss (2009) het bestaande model van ptg uit naar familiesystemen. Op overtuigende wijze tonen zij aan dat niet alleen het individu, maar ook een systeem een proces van ptg kan doormaken. Het is voor hen cruciaal hiervoor het deficitair denken los te laten en ruimte en aandacht te geven aan de aanwezige krachten binnen het systeem.
Er is weinig systematisch onderzoek naar ppg bij families van mensen die te maken krijgen met een psychotische episode. Een Indiase gerandomiseerde vergelijkende studie van Balaban en anderen (2017) besluit echter dat ppg ook hier een mogelijkheid is. Zij vonden een positieve correlatie tussen de mate van ppg en onder meer de mate van ervaren sociale steun, openheid naar de ervaring, bewustzijn omtrent het gebeurde en religiositeit, of breder geformuleerd: aandacht en een kader voor het mysterie.
Betekenisgeving bij psychose
Een van de pioniers op het gebied van existentiële betekenisgeving is de joodse psychiater, Viktor Frankl. Hij overleefde de Holocaust, en schreef zijn klassieker Man’s search for meaning niet lang na zijn bevrijding uit het concentratiekamp (Frankl, 1946). Hij schrijft in deze klassieker: “Op een bepaalde manier stopt het lijden met lijden te zijn, op het moment dat het betekenis vindt.”
Een proces van betekenisgeving is een uiterst persoonlijk proces, maar van cruciaal belang voor ppg (Mazor e.a., 2017). Er bestaan verschillende modellen om een psychose te benaderen vanuit dit proces van betekenisgeving. Zij vullen elkaar aan en belichten telkens een ander aspect van dit complexe fenomeen. Bij de zoektocht naar betekenis vonden wij vooral psychodynamische literatuurbronnen. Deze psychodynamische dimensie is goed samengevat door Martindale en Summers (2013). Zij vertrekken vanuit het stress-kwetsbaarheidsmodel, met aandacht voor interpersoonlijke dynamieken. Een psychose is in deze benadering een maladaptief antwoord op ondraaglijke aspecten van de realiteit.
In het eerder systemische kader van Open Dialogue (Olsen, Seikkula & Ziedonis, 2014) beschrijft men psychose als ‘een normale reactie op een abnormale situatie’. Emoties en gedrag gedurende een psychotische episode zijn zowel binnen het psychodynamisch denkkader als het ‘Open Dialogue’-framework betekenisvol (Olsen, Seikkula & Ziedonis, 2014; Martindale & Summers, 2013). Vanheule (2021) onderstreept in zijn boek Waarom een psychose niet zo gek is vanuit een psychodynamisch referentiekader het belang van verhalen. Een psychose ontstaat volgens hem wanneer we geen verhalen meer kunnen vertellen om de werkelijkheid in te bedden. Een psychose is een symbolisch en verbrokkeld verhaal dat uit die pijnlijke werkelijkheid ontstaat. Er is plaats voor herstel als we met de elementen van dit chaotische verhaal samen een coherent narratief weven om de psychotische ervaring heen. De psychodynamische grondhouding kan hierbij inspirerend en helpend zijn. Die is gekenmerkt door ruimte voor het niet weten en het onbekende, zodat een organisch proces van betekenisgeving zich ritmisch kan ontvouwen. De psychoanalytische auteur Bion (1984) verwoordde deze houding mooi, als een luisteren zonder geheugen, verlangen of verstaan (Bion, 1984). Van Spronsen en Van Os (2021) benadrukken het belang van evenwaardigheid en cocreatie in deze weg naar betekenisgeving. Hulpverlener en therapeut voeden het proces met hun eigen ervaringen en inzichten.
ppg is geen proces dat zich noodzakelijkerwijs beperkt tot de (ex-)psychotische patiënt. In deze forumbijdrage laten we zien dat ppg zich zinvol kan uitstrekken naar de gezinscontext waarin de patiënt is opgegroeid en leeft.
Hieronder beschrijven we het traject van groei en betekenisgeving gedurende één jaar van de ouders van Pieter na enkele psychotische episodes van hun zoon. De tekst is in samenwerking met hen tot stand gekomen. De eerste auteur zag hen in een frequentie van één gesprek van vijftig minuten om de twee weken. Alle gesprekken verliepen via videoconsultatie vanwege de covid-19-pandemie en de fysieke afstand tussen hun woonplaats en zijn werkplek. Als therapeut in opleiding volgt de therapeut de postgraduaat-opleiding psychodynamische therapie aan de kuLeuven. Daarnaast is hij beïnvloed door het systemisch denken en volgde een jaaropleiding rouwtherapie. In het begeleidingsproces is dan ook voornamelijk een beroep gedaan op de kennis en de ervaring van psychoanalytische en systemische auteurs. Daarnaast maakte de eerste auteur gedurende de afgelopen tien jaar ook zelf enkele psychotische episodes door. Dit bracht bij hem een eigen zoektocht naar betekenisgeving op gang die in de begeleiding en in dit artikel zijn verwerkt. Voor de leesbaarheid is het verslag van de behandeling van Pieter geschreven in de ik-vorm.
De casus
Drie jaar geleden ontmoette ik Pieter en zijn moeder. Ik zag hen gedurende enkele gesprekken. Pieter, toen 22 jaar, is afkomstig uit een Vlaams gezin, sociaaleconomisch behorend tot de middenklasse. Hij heeft een drie jaar oudere broer die met zijn partner zelfstandig woont.
Op 20-jarige leeftijd maakte Pieter een eerste manische episode met psychotische kenmerken door. Deze crisis trad in na het overlijden van een vriend. Dood en verlies zijn terugkerende elementen in zijn decompensaties. Tijdens een tweede episode was een gedwongen opname noodzakelijk. Gedurende zijn verblijf op een gesloten afdeling uitte hij diepgaande emoties van boosheid en razernij, die werden tegengegaan met hoge dosissen psychofarmaca en fysieke begrenzing (isolatie en fixatie). Later omschreven Pieter en zijn ouders deze opname als een traumatische ervaring. Na zijn ontslag stopte Pieter zijn psychofarmaca en decompenseerde kort daarna, als reactie op enkele stressvolle gebeurtenissen en slapeloosheid. Zijn ouders wilden hem tijdens deze derde episode thuis opvangen. Na drie moeilijke maanden zagen ze echter geen andere optie dan de vrederechter (het Belgisch equivalent van de Nederlandse kantonrechter) in te schakelen. Hierop vond een nieuwe gedwongen opname plaats. Gedurende deze derde episode waren er momenten van agressie naar zijn ouders. Op een bepaald moment zat hij als passagier in de wagen met moeder aan het stuur. Hij was woedend op haar en schreeuwde haar toe, terwijl hij aan haar haren trok: “Waarom hebben onze overleden familieleden geen plaats in ons leven?” Hij postte regelmatig foto’s met vlammen op sociale media. Vuur kwam ook veelvuldig terug in zijn artistieke werk. Er was in die periode tevens frequent ruzie met vader over onbetekenende zaken. Hij uitte zijn kwaadheid op sociale media en maakte een profiel aan met een andere achternaam. Vader was erg geschrokken toen hij zag dat hij de naam had gebruikt van Pieters grootvader, zijn biologische vader. Dit raakte aan een gevoelig familiegeheim, waarover verderop meer. Na deze bewogen maanden contacteerde de moeder van Pieter me met de vraag om haar en haar man te begeleiden. Ik kende Pieter en zijn moeder van een aantal consultaties een zestal maanden hiervoor tijdens een stabiele periode.
Herstel van het sociale weefsel
In onze eerste gesprekken zochten de ouders samen met mij naar woorden. Woorden om de pijn en het verdriet van dat moment een plaats te geven. Pieter was vanaf het begin op de hoogte van onze gesprekken, maar verkoos hier in deze fase van zijn proces niet aan deel te nemen. Hij sprak wel zijn vertrouwen uit in ons contact vanuit de goede interactie die we in het verleden hadden. Als therapeut voelde ik me in deze initiële fase bij momenten overweldigd door het vele dat op hun pad kwam. Bij mij was er een groot verlangen hun lijden weg te nemen. Maar ik kwam niet veel verder dan luisteren, samenvatten en het delen van de onmacht die we samen ervaarden. In tegenoverdrachtelijke zin kwam ik opnieuw in contact met mijn eigen onmacht en de onmacht die mijn omgeving ervaarde tijdens het doormaken van mijn psychotische episodes. Hiermee kon ik terecht bij mijn eigen therapeute, zodat deze extra compassie niet interfereerde met het proces van de ouders van Pieter. In deze fase deelde ik met hen niets van mijn persoonlijke ervaring met psychose en het traject dat hierop gevolgd was. In 2013 verloor ik zelf de pedalen als reactie op enkele stressvolle levensgebeurtenissen. Ik ging stemmen horen, sliep niet meer, sloeg wartaal uit en moest worden opgenomen. Met rust, een goede omkadering en de juiste medicatie gingen de symptomen naar de achtergrond, maar ik bleef verward en verweesd achter. Ook onze familiale relaties waren grondig door elkaar geschud en alles wat ik in mijn jonge leven had opgebouwd leek onderuitgehaald.
“Er was niets meer”, zal ook de vader van Pieter aan het einde van het traject vertellen. “Alles was één grote leegte.” Een van de pijnlijkste aspecten op dit moment was de vervreemding van hun zoon. Naast de vele conflicten in de thuissituatie initieerden de ouders van Pieter een gedwongen opname. Pieter uitte hierover zijn woede. Hij ging op dat moment alle contact met zijn ouders uit de weg. Er was bij de ouders behoefte aan herstel na de vele slapeloze, turbulente nachten en de fysieke en emotionele verschrikkingen die ze hadden doorstaan. Bovendien was er heel wat verwarring. Pieter had zich in het verleden steeds warm, zorgzaam en gevoelig getoond. Het was zoeken hoe we de agressie, rauwe emotie en brute energie van de voorbije maanden moesten plaatsen? Hoe konden zij dit alles begrijpen en integreren in hun leven en de relatie met hun geliefde zoon?
In die eerste fase deed ik een poging een veilige ruimte te creëren waarbij ik probeerde een oordeel achterwege te laten en mijn verwachting te minimaliseren. Ze kregen de kans het verhaal te vertellen van de pijnlijke gebeurtenissen van de afgelopen maanden. Tijdens het luisteren deed ik af en toe een interventie. Ik zocht hoe we het gedrag dat Pieter vertoonde tijdens het functioneren in een andere bewustzijnstoestand, los konden koppelen van de Pieter zoals ze die hun hele leven hebben gekend. Op die manier probeerden we in gezamenlijkheid hoe we hem konden de-identificeren van de acties die zich via hem toonden. Samen droegen we de gevoelens van pijn, verdriet, rouw en wanhoop die ze hadden ervaren. Gaandeweg dit herstelgericht vertellen – dat Bob Neimeyer (2015) Restorative Retelling noemt – groeide een gezonde werkrelatie. Geleidelijk nam het wederzijds gevoel van vertrouwen en verbinding toe. Ik leerde de stilte te waarderen tussen hen en mijn aarzelende woorden en voorzichtige zinnen. Een stilte waarin zich dingen begonnen te ordenen. Terugkijkend op deze periode zie ik hier vooral een herstel van het verwonde sociale weefsel. Er ontstond een diepgaand menselijk contact tussen ons drieën. Ook het contact met Pieter verbeterde toen zijn psychose steeds meer opklaarde. Zo creëerden we samen een van de voorwaarden voor ppg.
Ik begon uit te kijken naar de gesprekken en ze vormden een rustpunt in mijn soms hectische dagen als psychiater in opleiding in het ziekenhuis.
Eigenaarschap en betekenisgeving
Na deze initiële sessies brak een soort exploratieve fase aan. Ik merkte dat mijn vragen zich begonnen te verdiepen en ik zocht naar openingen om een proces van betekenisgeving op gang te brengen. Op die manier hoopte ik, naast de willekeur en onvoorspelbaarheid van de voorbije traumatiserende episodes, ruimte te creëren voor reflectie, waarin we zinvolle verbanden konden leggen.
In deze periode van heropbouw voor de ouders ontstond langzaam de mogelijkheid tot eigenaarschap en zelfbeschikking van het herstelproces. Het was zoeken naar een evenwicht tussen het stellen van de juiste vragen, zonder zelf al te veel betekenis te gaan invullen. Enige vorm van inmenging in dit proces vond onvermijdelijk plaats en hoeft misschien geen probleem te zijn. Ik deelde op dit moment ook, op beperkte wijze, mijn eigen ervaring met een psychose en gaf te kennen wat voor mij destijds betekenisvol was. Tijdens mijn eigen proces heb ik ervaren hoe er rust kwam in het ontdekken van betekenis in de schijnbare wanorde en chaos van gevoelens, gedachten, waarnemingen en ideeën tijdens de psychotische episodes. Zo kon ik langzaam mijn vertrouwen in het leven herstellen. Ik leerde de voorbije jaren naar psychose kijken als een wanhopige schreeuw om aandacht van alles wat persoonlijk, familiaal en collectief wordt onderdrukt. Na mijn initiële onzekerheid, verwarring en pijn kon ik met behulp van de mensen om me heen iets nieuw opbouwen met een nieuw wereldbeeld en nieuwe mogelijkheden. Dit geeft me vertrouwen in het potentieel tot herstel bij de mensen met wie ik in gesprek ga. Ik denk dat het expliciet delen van ervaringen ook risico’s inhoudt en je slechts dat kan delen wat voor jezelf min of meer verwerkt en helder is. Ook in dit artikel ben ik nog voorzichtig met wat ik deel van mijn persoonlijke verhaal.
Gaandeweg onze uitwisseling van ervaringen konden we allebei ons perspectief verbreden en ging ons verhaal zich verdiepen. In het delen van ervaringen zorgde ik er ook voor dat wat ik vertelde afgestemd was op hun proces. Het doel van deze interventies was steeds hun traject van betekenisgeving te voeden, maar ik merkte dat ook mijn eigen kijk op psychose ging veranderen en evolueerde. Samen begonnen we zo met de cocreatie van een zinvol narratief dat ons allen in staat stelde om in de loop van de pijnlijke gebeurtenissen te groeien.
We vertrokken vanuit de vraag waar deze psychotische episode zich situeert in het leven van Pieter en zijn ouders. Zo vertelden ze mij hoe het overlijden van een dierbare aan de eerste episode voorafging. In de inhoud van zijn psychoses is de dood een wederkerend thema. Dood en verlies bleven als thema’s terugkeren. Pieters moeder deelde hoe kort na de geboorte van Pieter haar oudste zus overleed in een tragisch verkeersongeluk. Gedurende de eerste fase van zijn leven was Pieters moeder dan ook verscheurd geweest tussen de liefde en de warmte die ze voelde voor haar pasgeboren zoon en het rouwproces waar ze doorheen ging na het verlies van haar zus. Ze vertelde hoe ze voorrang gaf aan het contact met haar zoon, maar dat ze zo onvermijdelijk een deel van de rouw ondergronds drukte.
Naast zijn bezig zijn met de dood is Pieter iemand die de dingen graag goed doet. Hij heeft hoge verwachtingen van zichzelf en wil met zijn creatieve vermogens een zinvolle bijdrage leveren aan het leven. Hierbij botste hij reeds meerdere malen op beperkingen. In het secundair onderwijs speelde dyslexie hem parten. Nadien volgde hij een opleiding fotografie aan de hogeschool. Hij mocht die studie niet voortzetten nadat hij faalde op enkele testen. Dit raakt aan een diepgeworteld gevoel van waardeloosheid. Het lijkt alsof hij met zijn zachte aard gevoelens van boosheid en frustratie onderdrukte. Net die gevoelens waren zo sterk aanwezig tijdens de manisch-psychotische fases.
Tijdens onze gesprekken gingen zich zo verbanden tonen in de chaos van de gebeurtenissen. De heftige emoties gedurende een psychotische episode kregen betekenis toen we ze in verband brachten met onderdrukte rouw en de daaruit voortvloeiende boosheid, waaronder een groot verdriet voelbaar was.
Zo vervolgden we samen ons therapeutisch traject. Ik probeerde bewust niet op zoek te gaan naar een oorzaak voor de psychose. Iets waar we vanuit ons westerse, causale en duale denken vaak in verzanden. Het is een perspectief dat voordelen biedt en in vele gevallen nuttig is, maar ik merk dat het onze blik vernauwt bij betekenisgeving. Een bijkomend nadeel van het kijken vanuit oorzaak en gevolg is het creëren van schuldigen. Ook dat verarmt de zoektocht naar zingeving. We creëren openingen wanneer er ruimte is om samen stil te staan bij de pijnlijke ervaringen, en de vraag wat deze in beweging kunnen zetten.
Om onze blik te verruimen, en de gebeurtenissen in een bredere context te plaatsen, vroeg ik de moeder en vader van Pieter om ieder een genogram te maken. Het is altijd even afwachten of dit lukt. De ervaring leert echter dat zich zo vaak nieuwe en zinvolle verbanden tonen. Ze gingen er beiden mee aan de slag en zo kregen we zicht op de geschiedenis van Pieter en de familiestructuur waarin hij zich bevindt. Vervolgens stelde ik beide ouders voor om een collage te maken rond de thema’s die aan het licht kwamen. Ook dit lukt niet voor iedereen. De ouders van Pieter gaven zo de vele dimensies van het verleden beelden die ons stimuleerden ons narratief te verdiepen. In een derde beweging stelde ik voor om wortels te tekenen waartussen ze kernwoorden konden schrijven die dit alles samenvatten. Zo verrijkte ons proces zich gaandeweg en ontstond een betekenisvol verhaal dat zich als een verband om de pijnlijke gebeurtenissen van de afgelopen jaren ging wikkelen.
Hieronder vat ik de essentie van die beweging samen. In de bijlage vindt u een geminimaliseerde en geanonimiseerde versie van het genogram dat de vader van Pieter voor dit artikel heeft ontworpen.
Genogram moeder
In het genogram van moeder is dood en verlies een vooraanstaand thema. Oorlogstrauma’s met bombardementen, een verkeersongeluk met meedogenloze brand, ongeneeslijke ziekten en verschillende doodgeboortes weven zich door de voorbije drie generaties heen. De moeder van Pieter droeg als tweede oudste van het gezin veel verantwoordelijkheden en er was weinig ruimte voor rouw.
Tijdens het delen van haar familiegeschiedenis vielen er lange stiltes. We waren alle drie geraakt door het vele van wat zij te dragen had. Het vele, dat door omstandigheden weinig plaats had gekregen, of bestaansmogelijkheid. Tijdens onze gesprekken ontstond er langzaam ruimte voor de niet-beleefde gevoelens van het verleden; angst, verdriet, pijn en rouw. Tegelijkertijd vertelde ze ons in de loop van het proces hoe ze ook het gevoel had contact te maken met de rijkdom van haar afkomst. Ze herinnerde zich positieve ervaringen, karaktereigenschappen en krachten uit haar wortels.
Op het einde van dit proces zag ik via het beeldscherm een kaarsje branden op de achtergrond, boven op de piano van het huis. Verwonderd vroeg ik naar de betekenis van dit kaarsje. Moeder antwoordde hoe ze een kleine ruimte had gecreëerd, gewijd aan haar familie en de vele overledenen. De boosheid van Pieter tijdens de psychotische fase en zijn schreeuw om aandacht voor de overledenen kregen zo een nieuwe dimensie. Ook de vele vlammen die hij zo regelmatig tekende en deelde met de wereld, gingen we vanuit de familiegeschiedenis in een ander licht zien.
Genogram vader
De geschiedenis van Pieters vader kenmerkt zich eveneens door dood, verlies en contact met de beide wereldoorlogen. Zijn familialecontext is vrij complex. De maternale grootmoeder van Pieters vader verloor haar man en huwde een tweede man. Deze man had een geheime relatie met een dochter uit haar eerste huwelijk. Uit deze verborgen romance, tussen stiefdochter en stiefvader, is de vader van Pieter geboren. Dit mocht niet bekend worden en de relatie diende te eindigen. De moeder van Pieters vader huwde nadien een Poolse vluchteling. De eerste vier jaar van zijn leven werd de vader van Pieter opgevoed door zijn grootmoeder en de man waarvan hij dacht dat die zijn grootvader was, maar die eigenlijk zijn biologische vader was. Daarna trok hij in bij zijn moeder en haar echtgenoot, terwijl hij niet wist wie zijn echte vader was. In het begin van onze gesprekken beschreef hij de relatie met zijn stiefvader als ‘moeilijk’, maar niet meer dan dat. Gedurende deze periode ging het een stuk beter met Pieter en in de weekends was hij bij hen thuis. Tot dat moment ging alles goed. Maar plots raakten Pieter en zijn vader opnieuw in een discussie over iets onbetekenends. De situatie escaleerde en Pieter riep: “Jij hebt me enkel verwekt. Daarnaast heb je niets gedaan!” Dit werd gevolgd door een harde repliek van vader die hij niet kon herhalen. Hij was altijd een zorgzame en aanwezige vader geweest. Initieel was deze zin voor ons dan ook moeilijk om te begrijpen.
Binnen de context van de familiegeschiedenis toonde zich gaandeweg wel een mogelijke betekenis. Het leek voor ons alsof Pieter en zijn vader onbewust contact maakten met het familiegeheim, dat langzaam meer in de openheid kwam. Vanuit zijn fijngevoeligheid leek Pieter de spanning, boosheid en het verdriet op te pikken dat rond het vaderthema hing. Het hielp om hem als een soort katalysator te zien die de woorden sprak die vader nog niet kon uiten. Na deze pijnlijke confrontatie begon de vader van Pieter te spreken over zijn vroegkinderlijke ervaringen. Initieel idealiseerde hij zijn stiefvader. Langzaam, maar zeker kon vader gaan praten over hoe deze man hem ook sloeg en devalueerde toen hij nog maar een kind was. Dit uiterst gevoelige thema benaderden we met veel zorg in de gezamenlijke sessies. Parallel aan deze gesprekken startte de vader een Emotion Focused Therapy op waar hij veel van dit verhaal individueel doorwerkte. Pieter had reeds voor zijn psychose een vage notie van dit familiegeheim dat met taboe omgeven was. Maar hij had, net als zijn vader, weinig zicht op alle onderdrukte emoties die hieraan vasthingen.
Pieter ging parallel aan het proces van zijn ouders een hele weg en bleef op de hoogte van onze contacten. Ondertussen zijn er ook individuele gesprekken tussen mij en Pieter. Het is momenteel nog onduidelijk waar deze naar toe gaan, maar ieder deelde de bereidheid op termijn eventueel alles samen te brengen.
Afrondende fase – PPG
Stap voor stap kregen de gesprekken een ander karakter. De toon werd lichter en er ontstond bij momenten ook ruimte voor humor. ppg lijkt misschien een groot woord, maar we zagen een belangrijke groei tijdens de vijf dimensies van ptg die Tedeschi, Park en Calhoun (1998) postuleren. We lopen ze hier kort door. In de eerste plaats beschreven beide ouders een hernieuwde waardering voor het leven. De leegte aan het begin van ons gezamenlijke traject had plaatsgemaakt voor iets nieuws in henzelf en het gezin. (2) Zo kregen de relaties binnen het gezin een nieuwe dimensie. Rond de spanning omtrent het familiegeheim van vader ontstond ruimte voor humor en lichthartigheid. Ze gingen ook anders kijken naar de relatie met hun (plus-)siblings. Moeder gaf aan dat de conflictsituaties die ze in het verleden met haar broers en zussen had op een rustigere manier benaderd konden worden. (3) De vader van Pieter ging met pensioen en ontdekte nieuwe mogelijkheden die hij op een meer ontspannen manier kon aanvangen. De moeder van Pieter bekwaamde zich verder als kinesiste en nam de opgedane ervaring mee in haar werk. (4) Zo ontwikkelden beiden persoonlijke krachten die voorheen in de schaduw bleven. (5) Het hele gezamenlijke traject bezat ook een spirituele dimensie. Het ontdekken van de samenhang der dingen in de ogenschijnlijke chaos bracht een vorm van ontzag en respect voor het leven met zich mee.
Reflectie
De drie werkzame elementen van ppg, en bij uitbreiding ptg, zijn bedrieglijk eenvoudig: verbinding, eigenaarschap en betekenisgeving. Willen we groeien tijdens de (mentale) uitdagingen die op ons pad komen, of dit proces als hulpverlener faciliteren, dan kunnen we voor deze voorwaarden zorgen.
In het huidige zorglandschap, waarin men veel belang hecht aan meetbaarheid, efficiëntie, snelheid en objectiveerbaarheid, lopen we volgens ons het gevaar hun potentieel te hypothekeren. Hebben we de tijd, en de mogelijkheden, ons echt te verbinden met de mensen die we begeleiden? Durven we onze rol als expert ook los te laten en te zoeken naar een gedeeld eigenaarschap over de processen die we in goede banen leiden? En kunnen we onze verlangens, opvattingen en theoretische kaders overstijgen om mensen, voorbij labels en diagnoses, de ruimte en impulsen te geven om zin te ontdekken in wat hen overkomt?
Gedurende dit traject van herstel en betekenisgeving voelde de therapeut zich regelmatig een soort bevoorrechte getuige van wat zich geleidelijk ontvouwde. Tegelijk was het een avontuur. Er zijn geen garanties op succes. Met de onzekerheid van dit soort trajecten omgaan vraagt vertrouwen, loslaten en het bewaren van een gezond perspectief van afstand en nabijheid. Halen we te veel verantwoordelijkheid naar ons toe als hulpverlener, dan dreigen we ten prooi te vallen aan een burn-out. Een te grote afstand ondermijnt de helende kracht van het menselijke contact.
Samen ruimte maken voor betekenisgeving en aandacht scheppen voor de ruimte tussen elkaar, waarin ‘zin’ ontstaat, geeft energie. De eerste auteur voelt zich dankbaar voor het proces dat hij samen met de ouders van Pieter kon doorlopen. Een psychose spreekt een rauwe, brutale en primitieve taal, maar achteraf toonde zich ook een andere dimensie. We kregen soms het gevoel dat via de symbolische inhoud van de psychotische ervaring van Pieter, de echo’s van het verleden te horen waren. Binnen die context zijn wij een psychose dan ook verder gaan zien als een verhaal dat verteld en gehoord wil worden.
In deze bijdrage hebben we proberen te illustreren hoe de drie werkzame elementen van ptg kunnen worden toegepast op het concept ppg dat zowel voor individuen als hun systemen van toepassing is. Door het verzorgen van een authentieke, gelijkwaardige verbinding tussen hulpverlener en cliënt, het scheppen van een context van gedeeld eigenaarschap over het hersteltraject en het cocreëren van een betekenisvol narratief rondom de pijnlijke gebeurtenissen ontstaat ruimte voor groei tijdens de (mentale) beproevingen die op ons pad komen: niet alleen voor de (ex-)psychotische patiënt zelf, maar zeker ook voor haar of zijn naasten.
Dankbetuiging
De eerste auteur wil Pieter (niet zijn echte naam) en zijn familie dank betuigen voor hun bereidheid tot het delen van hun verhaal, hun vertrouwen in dit proces en de medewerking aan dit artikel. Persoonlijke details zijn gewijzigd teneinde hun privacy te waarborgen. Hij wil ook dr. Ludwina van Bouwel danken voor haar steun bij de totstandkoming van deze tekst.
Literatuur
Addington, J., Coldham, E.L., Jones, B., Ko, T., & Addington, D. (2005). The role of family work in early psychosis. Schizophrenia Research, 79, 77-83.
Balaban, O.D., Yazar, M.S., Aydin, E., Agachanli, R., & Yumrukc, H. (2017). Posttraumatic growth and its correlates in primary caregivers of schizophrenic patients. Indian Journal of Psychiatry. 59, 442-450.
Berger, R., & Weiss, T. (2009). The posttraumatic growth model: An expansion to the family system. Traumatology, 15, 63-74.
Berry, K., Ford, S., Jellicoe-Jones, L., & Haddock, H. (2013). PTSD symptoms associated with the experiences of psychosis and hospitalization: a review of the literature. Clinical Psychology Reviews, 33, 526-38.
Bion, W.R. (1984). Learning from experience. Londen: Karnac.
Dunkley, J.E., & Bates, G.W. (2015). Recovery and adaptation after first-episode psychosis: The relevance of posttraumatic growth, Psychosis, 7, 130-140.
Frankl, V.E. (1946). Man’s search for meaning. Boston: Beacon Press.
Martindale, B., & Summers, A. (2013). The psychodynamics of psychosis. Advances in Psychiatric Treatment, 19, 124-131.
Mazor, Y., Gelkopf, M., Mueser, K.T., & Roe, D. (2017). Post traumatic growth in psychosis. Frontiers in Psychiatry, 7, 202.
NICE (National Institute for Clinical Excellence) (2009). Schizophrenia (Update). Guidelines CG82. (http;//www.guidance.nice.orgl.uk/CG82).
Neimeyer, B. (2015). Techniques of grief therapy - Assessment and intervention. Londen: Taylor and Francis.
Ng, F., Ibrahim, N., Franklin, D., Jordan, G., Lewandowski, F., Fang, F. e.a. (2021). Post-traumatic growth in psychosis: a systematic review and narrative synthesis. BMC Psychiatry, 21, 607-618.
Olson, M, Seikkula, J., & Ziedonis, D. (2014). The key elements of dialogic practice in Open Dialogue. Worcester, MA: The University of Massachusetts Medical School.
Os, J. van, & Kapur, S. (2009). Schizophrenia. Lancet, 374, 635-45.
Ryff, C.D. (2014). Self-realization and meaning making in the face of adversity: A eudaimonic approach to human resilience. Journal of Psychology in Africa, 24, 1-12
Spronsen, M. van, & Os, J. van (2021). Wij zijn God niet. Tielt: Lannoo Campus.
Tedeschi, R.G., & Calhoun, L.G. (1995). Trauma & transformation: Growing in the aftermath of suffering. Londen: Sage Publications.
Tedeschi, R.G., Park, CL., & Calhoun, LG. (Eds.) (1998). Posttraumatic growth: Positive changes in the aftermath of crisis. Mahwah, NJ: Erlbaum.
Vanheule, S. (2021). Waarom een psychose niet zo gek is. Tielt: Lannoo Campus.
Abstract
Post-psychotic growth from a family confronted with psychosis
Post-psychotic growth (ppg) is a fairly new domain of research. From personal testimonials, and growing qualitative and quantitative research, we learn that psychosis is not only a destructive phenomenon but holds the potential for reconstruction and growth afterwards. This is true for the affected person as well as for his environment. The existing insights from ppg can feed the understanding of these processes. A crucial element of these journeys of recovery, is meaning making. In this article, we illustrate the co-creation of a narrative embedding the painful and confronting experiences of Pieter and his family. The personal experiences of the therapist contributed to this process of recovery and meaning-making. Beyond diagnoses and labels, we have the ability to give meaning to the adversity crossing our paths. In a reductionistic world view and mental health care system, we risk losing this potential for our clients and their environment.
Leerdoelen
Na het lezen van dit artikel:
Sam Deltour behaalde in 2021 de master na master in de volwassenenpsychiatrie. Hij werkt als psychiater bij de groepspraktijk Sibling. E-mail n samdeltour@reun1te.org
Huguette Beyens is therapeute en bezielt de vzw Het Levenssnoer. Zij is actief betrokken bij de werking van ISPS.
Dirk De Wachter is psychiater bij het UPC KULeuven en systeem- en gezinstherapeut. Als hoogleraar bij de KULeuven is hij actief als opleider en supervisor.