Ina Leeuw
Voor u ligt nummer vier, met opnieuw een grote variatie in artikelen over de therapie en praktijk van de psychotherapie. Inmiddels zijn we ruim een jaar in lockdown, schudden we geen handen meer en is een groot deel van onze communicatie digitaal, of het nu gaat om intervisie, vergaderingen, scholing, of psychotherapie. Wat dit doet met de kwaliteit van onze scholing en psychotherapieën is al eerder onderwerp geweest van dit tijdschrift (zie de forumbijdrage over digitaal behandelen in de ggz in tijden van corona, nummer 5 in 2020), en heeft geleid tot een themanummer in 2021 (zie nummer 3). Maar ook in dit nummer klinkt het door, of het nu is omdat we lezen over behandelonderzoek pre-corona (en de verschillen met het digitale werken), of omdat de verslagen digitale scholing en online bijeenkomsten betreffen.
In dit vierde nummer publiceren we drie artikelen, waarvan twee gaan over hoe inzicht te krijgen in de kwaliteit van de behandeling of de therapeutische relatie, en het derde artikel gaat over de rol die schaamte speelt in de naoorlogse generatie, en welke implicaties dit heeft voor hun behandeling.
In het eerste artikel van Peter Hoekenga, Peter ten Klooster en Gerben Westerhof wordt onder cliënten met een ernstige persoonlijkheidsstoornis onderzocht wat zij als werkzaam hebben ervaren in hun klinische schematherapie. De auteurs vragen de cliënten zelf naar hun ervaringen, ideeën en oordelen, ervan uitgaande dat psychotherapie een samenwerkingsverband is tussen cliënt en behandelaar, en de kans op succes groter wordt indien de behandeling goed aansluit bij de voorkeuren van de cliënt. Daarnaast sluit hun onderzoek aan bij de emancipatiebeweging van cliënten. In het kader van het ‘persoonlijk herstel’ heeft de cliënt zelf een belangrijke rol in zijn behandeling, en krijgt ervaringsdeskundigheid een steeds grotere plaats. Het standpunt van cliënten weten en meewegen is dan van wezenlijk belang. Cliënten bleken het opvallend met elkaar eens te zijn over de waarde van wat zij als werkzaam hebben ervaren in hun behandeling. Zonder de conclusie al weg te geven, komen kernwaarden als het ervaren van verbinding, het uiten van emoties en het bewust worden van gedachtes en gevoelens in gesprek met elkaar als de belangrijkste werkzame elementen naar voren. Maar lees vooral dit mooie artikel, omdat het een belangrijke inkijk geeft in de beleving van wat cliënten als waardevol en werkzaam ervaren.
In het tweede artikel van Mounia Bouaoud en Stefanie Rosema beschrijven zij hoe het de implementatie is vergaan van feedback informed treatment (fit) binnen een jeugd-ggz-instelling. Zij wilden aanvankelijk fit implementeren om een meer valide uitkomstmaat te hebben dan de standaard rom-meting; in de jeugd-ggz betreft het veelal systemische behandelingen waarbij meten van de kwaliteit van de therapeutische relatie voor alle betrokkenen belangrijk is. Deze implementatie mislukte echter, waarna de auteurs op zoek gingen naar de redenen hiervoor. Zij voerden een kwalitatieve analyse uit, waarbij hulpverleners werd gevraagd naar hun ideeën over het mislukken van de implementatie. Hieruit komt een aantal aanbevelingen naar voren, die uit het hart van de praktijk komen.
Dirk Wepster, Niels van der Aa en Josefien Mooij beschrijven in het derde artikel hoe schaamte een rol speelt in de naoorlogse generatie bij patiënten met tweedegeneratieproblematiek. Zij deden een exploratief onderzoek onder kinderen van oorlogsgetroffenen, maar zetten ook uiteen hoe het concept schaamte nader theoretisch en klinisch is te definiëren. Zij citeren diverse auteurs, die hebben geschreven over schaamte en/of de oorlog zelf hebben meegemaakt. Deze beschrijvingen illustreren zij met casuïstiek uit hun eigen praktijk. Zij maken inzichtelijk hoe schaamte een rol speelt, maar ook het belang van het actief tegemoet treden van deze emotie. Inherent aan de aard van de emotie komt deze niet als vanzelf naar voren in het therapeutische of dagelijks gesprek.
In haar column geeft Danielle Oprel een inkijkje in de toekomst: als psychotelepeut heeft zij zichzelf opnieuw uitgevonden en een next level robotherapiepraktijk vormgegeven, met een chatbot, avatars die regelmatig ‘hummen’ en gevoelsreflecties geven en allerhande state-of-the-art interventies uit kunnen voeren, zonder enige therapist drift. Het brengt me terug naar presentaties over digitale zorg die ik in de periode 2016-2018 bezocht, waar deze avatars al te zien waren, en me een enigszins ongemakkelijk gevoel gaven. Is ons werk zo programmeerbaar? Is het menselijk contact zo vervangbaar? Inmiddels heeft de covid-19-pandemie zoveel verandering gegeven in onze dagelijkse praktijk, dat de geschetste toekomst ineens een beetje dichterbij is dan ik destijds voor mogelijk had kunnen houden. Het doet me ook denken aan de uiterst fascinerende en invoelbare film ‘Her’ (2013) van Spike Jonze, waarin Theodore (Joaquin Phoenix) een romantische relatie ontwikkelt met zijn nieuwe besturingssysteem.
Monique Leferink op Reinink schreef een forumbijdrage die aansluit bij de sombere actualiteit van het afgelopen jaar: de retoriek van Trump, de bestorming van het Capitool, maar ook de avondklokrellen in Nederland, de aanslag op Samuel Paty, en de wereldwijde toename van aanslagen. Zij beschrijft haar zoektocht naar welke factoren een rol spelen bij het ontstaan van haat, en wat er nodig is om meer compassie te ontwikkelen. Vanuit de psychoanalyse wordt haat beschreven en geanalyseerd, en welke processen daaraan ten grondslag liggen. Daarna beschrijft zij uitgebreid hoe het tij van toenemende haat te keren. Dat doet zij op allerlei niveaus: zowel het belang van een veilige hechting van kinderen als een liefhebbende opvoedstijl van ouders, maar ook in maatschappelijk opzicht. Ook in psychotherapeutische behandelingen heeft zij ideeën hoe cliënten meer compassie kunnen ervaren. Zij besluit met een prachtige parabel, waarvoor ik u graag naar haar bijdrage verwijs.
We besluiten dit nummer met twee boekrecensies en een verslag. Het eerste boek werd voor u gelezen door Lia Jaeqx-van Tienen. Zij las voor u Misdiagnose en dubbeldiagnose bij hoogbegaafdheid; onderscheid en overlap met komende (psychische) problematiek van James Webb en collega’s. Zij bespreekt deze tweede druk met veel enthousiasme; dit boek is wat haar betreft onmisbaar voor iedere clinicus.
Het tweede besproken boek is door ondergetekende gelezen. Het betreft De opwaartse spiraal: stap voor stap je depressie overwinnen met inzichten uit de wetenschap van Alex Korb. Korb is neurowetenschapper die voornamelijk onderzoek doet naar de hersenen, en dat is te merken. Het is soms wat taaie kost, die mij zelfs met een grote voorliefde voor neuropsychologie moeite kost om goed door te komen, laat staan mensen met een depressieve episode. En toch ben ik blij dat ik het gelezen heb en het in mijn boekenkast staat: het geeft een neurobiologische onderlegger voor bijvoorbeeld de werkzame mechanismen van cognitieve gedragstherapie.
Tot slot is het verslag van collega-redactielid Hanneke Bot. Zij bezocht online het jaarcongres van de nvgp op 26 maart 2021. Onderwerp was splijting en integratie in therapiegroepen, behandelmilieus, organisaties en samenleving. Daarbij sluit zij mooi aan bij de forumbijdrage van Monique Leferink op Reinink: ook de dagvoorzitter van dit congres zocht hoe groepstherapeuten een bijdrage kunnen leveren aan een afname van polarisatie en splitsing. Zij kreeg breed bijval van de hoofdspreker, die stelt dat elke groepstherapeut zich niet alleen binnen de eigen groep, maar ook in het maatschappelijke debat uit moet spreken. Maar leest u de bijdrage van Hanneke Bot, die een en ander helder weergeeft, inclusief nieuw onderzoek naar de werkzame factoren van groepstherapie, uitgevoerd door Sandra Schruijer, en diverse workshops.
Bij het schrijven van deze inleiding stijgt de vaccinatiegraad in Nederland en is er voorzichtig weer wat perspectief; ik heb veel zin om elkaar weer fysiek ontmoeten, of het nou gaat om lesgeven of -krijgen, intervisie, vergaderingen of psychotherapie, ook al zie ik ook dat we enorm veel geleerd en gewonnen hebben in de afgelopen periode, en ons als beroepsgroep enorm flexibel en adaptief hebben getoond. De eerste fysieke redactievergadering is er voor mij echt een om naar uit te kijken.
De nieuwste e-learningmodule van het Tijdschrift voor Psychotherapie hoort bij het artikel ‘Bruikbaarheid en beperking van ‘moral injury’ in de klinische praktijk’ van Jackie June ter Heide uit nummer 6, 2020.
Naast deze module zijn er nog 10 andere e-learningmodules beschikbaar.
Ga naar www.psychotherapie-nascholing.nl voor meer informatie en om een plusabonnement af te sluiten waarmee u jaarlijks 8 nascholingspunten kunt behalen.