Anna Baranowsky, Eric Gentry & Franklin Schultz (2013). Behandeling na trauma. Methoden voor stabilisatie en herstel. Amsterdam: Hogrefe. 256 p., € 29,95

Tijdschrift voor Psychotherapie
© Bohn, Stafleu van Loghum 2015
10.1007/s12485-015-0020-0

Gelezen

Anna Baranowsky, Eric Gentry & Franklin Schultz (2013). Behandeling na trauma. Methoden voor stabilisatie en herstel. Amsterdam: Hogrefe. 256 p., € 29,95

Trudy MoorenContact Information

(1)  Stichting Centrum, Oegstgeest/Diemen, The Netherlands

: 17  2015

Samenvatting  
‘Behandeling na trauma’ is een uit het Engels vertaalde gids voor de behandeling van symptomen van traumatische stress. Het is geënt op de cognitieve gedragstherapie en is tevens sterk gebaseerd op de neurofysiologie van de gevolgen van trauma.
t. mooren, klinisch psycholoog en senior onderzoeker, is werkzaam bij Stichting Centrum '45 te Oegstgeest/Diemen.

‘Behandeling na trauma’ is een uit het Engels vertaalde gids voor de behandeling van symptomen van traumatische stress. Het is geënt op de cognitieve gedragstherapie en is tevens sterk gebaseerd op de neurofysiologie van de gevolgen van trauma. In de achtereenvolgende hoofdstukken beschrijven de auteurs interventies en technieken die cognitief-gedragsmatig van aard zijn en waarbij de lichamelijke component de belangrijke basis vormt. De hoofdstukken zijn georganiseerd volgens het driefasenmodel, voor een belangrijk deel terug te voeren op ‘Trauma en herstel’ van Judith Herman, een toegankelijk en veel gelezen boek over herstel van verbinding na ernstig ingrijpende levensgebeurtenissen. De drie fasen zijn: a veiligheid en stabilisatie, b verwerking van traumaherinneringen, en c herstel van verbondenheid. Het boek besluit met een deel over het Topprogramma van de auteurs, een zelfhulpprogramma voor traumaherstel.

Sinds de formulering van PTSS in de DSM (1980) is enorm veel kennis opgedaan over de gevolgen en verwerkingsprocessen na traumatische ervaringen in uiteenlopende populaties. Ook door Nederlandse professionals binnen de psychologie en psychiatrie is veel bijgedragen aan wetenschappelijke inzichten en interventies op dit terrein. Nergens ter wereld bijvoorbeeld heeft de EMDR-vereniging zo’n grote groei doorgemaakt als in Nederland. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar de effectiviteit van Narrative Exposure Therapy (NET) en Brief Eclectic Psychotherapy for Psychotrauma (BEPP), eveneens varianten bij de behandeling van PTSS.

Ondanks de ruime aandacht voor psychotrauma brengt de behandeling van meer complexe aandoeningen na geweld en andere schokkende ervaringen behandelaars nog altijd in verlegenheid. Zij worstelen met de conceptualisatie van deze meervoudige aandoeningen, die worden beschreven als complexe PTSS of complex trauma. Het betreft een hardnekkig symptoombeeld dat veel comorbiditeit met zich meebrengt en de oorzaak heeft in meervoudige, interpersoonlijke en/of langdurige ervaringen. Naast angst en depressie doen zich dissociatieve verschijnselen, somatische reacties en verslaving voor. Dat maakt een behandeling ingewikkelder, doordat ernstige ontregeling op de loer ligt. Tegelijkertijd is vooralsnog niet duidelijk wanneer een geleidelijke aanpak van verwerking van traumatische herinneringen is aangewezen of wanneer direct bij aanvang expliciet gekoerst kan worden op de aanpak van intrusies. Criteria hiervoor zijn niet zonder meer duidelijk.

In deze context is dit boek nuttig; het geeft concrete voorbeelden van interventies die ingezet kunnen worden. Het boek biedt tevens voorbeeldformulieren die gebruikt kunnen worden bij het opstellen van contracten, intentieverklaringen of bij het doen van registraties en andere huiswerkopdrachten. De afzonderlijke onderdelen van het driefasenmodel worden in de opeenvolgende hoofdstukken uitgewerkt naar het werken op lichaams-, gedrags-, cognitief en emotioneel niveau. Bij dit laatste onderdeel wordt tevens het relationele niveau betrokken. Die methodieken worden telkens gerelateerd aan fysiologische doelstellingen, te weten ontspanning realiseren en controle verkrijgen over spanning (arousal) en ontspanning. Tot slot wordt in het Topprogramma, dat bedoeld is als zelfhulpprogramma (maar ook in samenwerking met de therapeut ingezet kan worden), het belang van principieel en intentioneel leven benadrukt. Dit betekent dat deelnemers kiezen hoe zij hun leven willen leiden en wat belangrijk voor hen is, en zich minder laten overweldigen door reacties op wat in hun leven is gebeurd.

Het is een vlot leesbaar boek; en bevat een keur aan bruikbare uitgeschreven interventies. Wat mij echter niet duidelijk is geworden, is welke doelgroepen de auteurs op het oog hebben. De indruk ontstaat dat de behandelingen vooral toegepast worden bij Engelstalige Amerikaanse vrouwen die last hebben van vroege nare levenservaringen. De gebruikte taal, de nadruk op contracten en overeenkomsten, de bereidwilligheid en het gemak waarmee cliënten intenties kunnen verwoorden, sluiten migranten en vluchtelingen uit. Ook veteranen blijken minder in het beeld te passen, alleen al doordat de therapeut met een ‘vroedvrouw’ wordt vergeleken - in de betekenis van het faciliteren van een proces. Het boek beschrijft vooral de behandeling en verantwoording van de methodiek. Cliënten komen niet duidelijk aan het woord over hun beleving van klachten en symptomen.

Tevens wordt comorbiditeit niet zo belicht. Andere gevoelens dan angst (zoals boosheid, woede en depressie) komen niet of nauwelijks aan de orde en op het belang van betekenisverlening - anders dan het herstructureren van traumagerelateerde cognities - wordt niet ingegaan. Het volstaat dan mijns inziens niet om dit bij ‘intentioneel leven’ onder te brengen.

Tot slot: het boek verenigt cognitief-gedragsmatige en fysiologische principes van behandeling van traumagerelateerde angstsymptomen met boeddhistische of mindfullness-uitgangspunten. Het is daarmee goed bruikbaar voor met name jonge psychotraumatologen, als naslagwerk.

Naar boven