Op een mooie lentedag naar een studiedag gaan? De zon inruilen voor zo veel ernstige theorie? Driehonderdtachtig deelnemers – er waren zelfs nog meer inschrijvingen – twijfelden er helemaal niet aan en ondervonden dat ‘zo veel ernstige theorie’ best vrolijk gebracht kan worden. Een studiedag, fris als de lente, waar ontspannen geleerd kon worden. Dit verslag is slechts bedoeld om de lezer een korte indruk te geven, ter oriëntatie.
Waar ging het dan over? Twee begrippen stonden centraal: sociale representaties en sociale perspectieven. Met deze begrippen wordt getracht de onverbrekelijke link te verhelderen tussen het individu in zijn privé–wereld enerzijds en het individu met zijn sociale wereld om hem heen anderzijds. Het zijn oude tegenstellingen die in de moderne theorievorming steeds meer geïntegreerd worden, waardoor het zelf een gedeeld zelf wordt: individueel maar niet afgesloten. Vandaar de titel van deze studiedag: het gedeelde zelf, waarbij het individuele deel niet privé is en als het ware in het sociale wordt gedeeld met anderen.
Het eerste begrip werd toegelicht door dr Wil Zeegers, sociaal psycholoog, werkzaam aan het Nederlands Instituut voor Sociaal–Seksuologisch onderzoek (NISSO). Hij situeert het begrip sociale representaties tegen de achtergrond van het behaviorisme met de leerprincipes die daaruit voortvloeien, en de cognitieve heroriëntatie hiervan die onder meer zijn uitwerking vindt in het constructivisme: mensen leren hun eigen model van de wereld te creëren. In deze denkwijze blijft echter een individualiserend accent aanwezig.
Vanuit de verschillende systeemtheorieën is de interesse voor de context van het individu sterk toegenomen. In feite poogt Zeegers met zijn theorie het grensgebied tussen individuele en sociale systemen te beschrijven zonder dat een van beide aspecten een autonome entiteit zou gaan vormen tegenover of naast het andere (zie ook o.a. Mattheeuws, 1990).
De idee van sociale representaties is afkomstig van de Franse sociaal psycholoog Serge Moscovici. Gedifferentieerd van sociaal–psychologische begrippen, beschrijft Zeegers in een compacte stijl vol heldere voorbeelden sociale representaties als een dynamisch sociaal proces van betekenisgeving dat echter niet buiten het individu wordt geplaatst (zie ook Zeegers, 1988). Mensen nemen samen deel aan betekenisgeving. Cultuur en omgeving vormen het produkt van dit groepsproces. Maar tegelijk beïnvloeden cultuur en omgeving het creëren van betekenissen door individuen.
Een voorbeeld. Ongehuwd samenwonen heeft in onze tijd een andere betekenis gekregen dan enkele decennia geleden. Deze wijzing is niet opgelegd aan individuen, ook niet door een individu aan de gemeenschap opgelegd. Het is de wijze waarop er ongehuwd wordt samengewoond, samen met de context van onze huidige samenleving die een (nieuwe) betekenis doet ontstaan: het nieuwe wijzigt het reeds bekende en het reeds bekende wijzigt het nieuwe. Deze vernieuwde betekenis gaat dan geleidelijk deel uitmaken van ons systeem van betekenisgeving dat we cultuur noemen. Op deze wijze worden onderling samenhangende voorstellingen, waarden, praktijken enzovoort door individuen in gemeenschap met elkaar gecreëerd, als een sociaal proces van betekenisgeving.
Dit proces van betekenisgeving staat nooit stil. Zeegers gaat daarmee uitvoerig in op het veranderen van sociale representatie. Het beeld van wandelende eilanden, zoals in de Waddenzee, is hierbij zeer verhelderend. Nieuwe betekenissen worden geënt op reeds bestaande, zodat er nieuwe stukken (ei)land ontstaan. Tegelijk echter zullen reeds bestaande representaties niet meer de ‘oude’ zijn en meer landinwaarts komen te liggen ofwel verdwijnen onder het zeeniveau.
Op deze wijze heeft de sociale representatie omtrent ‘huwelijk en getrouwd samenleven’ bijvoorbeeld, tijdens de laatste decennia een duidelijk proces van (her)betekenisgeving ondergaan. Elkaar trouw blijven heeft nu een andere betekenis gekregen en houdt zeker niet meer in dat bijvoorbeeld de vrouw slaafs haar man moet gehoorzamen als teken van trouw in goede en kwade dagen. Trouw zijn aan elkaar is een nieuwe sociale representatie geworden.
Sociale representatie vormen een belangrijke basis waarop mensen betekenis verlenen en waarop tegelijk betekenis verleend wordt aan hun gedrag en belevingen.
Het tweede begrip, sociale perspectieven, werd toegelicht door Annie Mattheeuws, klinisch psycholoog–psychotherapeut en opleider systeemtheoretische psychotherapie aan de Interaktie Akademie te Antwerpen. Zij tracht haar theorievorming toe te spitsen op het werkveld van de psychotherapie. Hiervoor benadrukt zij een noodzakelijke vernieuwing van het begrip persoonlijkheid. Deze wordt steeds minder gezien als een vaste compacte entiteit maar veeleer als een complex geheel dat vele perspectieven kent. Hiermee wordt bedoeld dat vele gezichtspunten mogelijk zijn van waaruit een persoon gepercipieerd kan worden. Het is dus niet mogelijk de totale persoonlijkheid vanuit één perspectief te beschrijven.
Vervolgens benadrukt zij, in een drietal proposities, het belang dat gehecht moet worden aan speciale representaties in de theorievorming over individuen in psychotherapie. Laten we ons in dit verslag beperken tot één propositie.
In interpersoonlijke conflicten kan het van belangrijk zijn sociale representaties, zoals hierboven kort geschetst, te betrekken in de bespreking met de cliënt. Dit kan de cliënt toestaan te beseffen dat er verschillende representaties mogelijk zijn over waarden, normen enzovoort, en dat elk individu deze even goed behartigt, elk op zijn of haar eigen manier. Attent zijn op deze eigen betekeniswereld van elke betrokkene kan in psychotherapie van uitzonderlijk belang zijn.
Haar eigen begrip sociale perspectieven belicht Mattheeuws door middel van de spiegel–metafoor, gekruid met een eindeloze reeks rake typeringen, uit het dagelijks leven gegrepen. Sociale perspectieven zijn als spiegels die ons onze positie voorhouden in het veld van sociale representaties.
Een voorbeeld kan dit verduidelijken. Als iemand zes jaar gehuwd is en geen kinderen heeft dan leeft deze persoon in de sociale representatie van een kinderloos huwelijk. Enkele decennia geleden zou dit in heel wat kringen een overwegend godsdienstige connotatie hebben gehad. Deze sociale representatie binnen een cultuur zal in de loop van de tijd evolueren, zoals Zeegers bedoelde met het beeld van wandelende eilanden. Steeds opnieuw echter zullen er in de actuele communicatie en gedrag omtrent het gegeven van een kinderloos huwelijk spiegels worden voorgehouden. Het zijn mogelijke zichtpunten van waaruit men het kinderloos zijn van het huwelijk percipieert. Deze spiegels zijn perspectieven ten aanzien van het ‘geen kinderen hebben’ binnen een bepaalde culturele context. Het zijn spiegels die iets zeggen omtrent sociale representaties en die terug te vinden zijn in de communicatie tussen mensen.
Enkele voorbeelden omtrent de representatie ‘een kinderloos huwelijk’: zijn ze te lui om kinderen groot te brengen? Is er iets in hun relatie? Is er een medisch probleem dat met de huidige stand van wetenschap (nog) niet kan worden opgelost? Is er een ziekte waarover ze niet durven spreken (AIDS?)? Waarom geen adoptie? Er zijn toch kinderen genoeg in de wereld?
Elk van deze perspectieven roept een eigen betekeniswereld op die tot zeer uiteenlopende gevoelsreacties kan leiden. Denken we ons maar even de mogelijke effecten in bij een echtpaar met een intense kinderwens, wanneer het (impliciet) te horen krijgt dat er al genoeg kinderen zijn op deze wereld. Met het niet hebben van kinderen kan dus in een gegeven culturele context op zeer verscheiden wijzen worden omgegaan. Een sociaal perspectief beschrijft één mogelijke omgangsvorm hiervan, een mogelijke positie die men (impliciet) aan een persoon (of zichzelf) toeschrijft ten opzichte van, of op het ‘wandelende eiland’ van deze concrete sociale representatie.
Tegelijk echter bepaalt dit proces in zeer belangrijke mate de gevoelstoestand van de cliënt. Voor psychotherapie is dit van bijzonder groot belang. De reacties van de omgeving houden een (groot aantal) spiegel(s) voor en kunnen de cliënt intens raken. Soms beseft de cliënt niet dat er door zijn gezinsleden spiegels worden voorgehouden die deel uitmaken van een grotere familiale context (bijvoorbeeld loyaliteit tegenover het gezin van herkomst). Gevoelde betekenissen kunnen dan ten onrechte als een interpersoonlijk conflict benoemd worden, bijvoorbeeld tussen partners of andere leden van het gezin. Ten onrechte, omdat het spiegels op maat van een grotere familiale context zijn en ‘dus’ vervormend werken ten aanzien van het eigen gezin.
Humor is in feite een lichtjes vervormde weergave van zulke spiegels, of het in een vreemde combinatie oproepen ervan, zodat ze ons aan het lachen brengen. Briefjes van een scheurkalender vermelden vaak lachwekkende perspectieven omtrent allerlei groepen uit onze samenleving. Mattheeuws wist ons met grappen over pastoors, ambtenaren, dokters, psychologen, schoonmoeders, verliefden enzovoort, te laten ondervinden dat daarin zeer herkenbare spiegels worden voorgehouden omtrent deze sociale groepen. Tegelijk konden we ondervinden dat deze spiegels gepaard gaan met onmiskenbare gevoelsreacties…: lachen.
Tijdens het praktijkgedeelte in de namiddagsessies werden enkele casussen gepresenteerd door Flor Peeters, sociaal verpleegkundige–psychotherapeut, en Lieve Cottijn, klinisch psycholoog–psychotherapeut, beiden eveneens verbonden aan de Interaktie Akademie te Antwerpen.
We beperken ons hier tot een korte schets van de casus ‘vlinders in de buik’. Dit mag u doen denken aan verliefd zijn, zich goed voelen bij een vriend of vriendin, herleven of zich herboren voelen. Wanneer deze ‘vlinders in de buik’ bij een 75–jarige vrouw, wier man enkele maanden eerder overleden is, worden opgemerkt door haar dochter, een dochter die zelf moeder is van enkele kinderen en als notarisvrouw deels betrokken is in het maatschappelijk belangrijke werk van haar man, een dochter die bovendien, samen met haar vader, jarenlang wegens allerlei vage klachten van haar moeder voor deze gezorgd had en die als actieve vrouw van 45 jaar, geëngageerd is in allerlei sociale organisaties van een provinciestad, … dan kan dit een massale reactie te weegbrengen. Elk segment van bovenstaande lange zin bevat sociale representaties.
In elk gedrag of elke uitspraak, van haarzelf of van anderen, zitten voor deze vrouw sociale perspectieven of spiegels die haar iets zeggen omtrent haar positie in het veld van al die sociale representaties.
Enkele voorbeelden. Is zij de vrouw die in stilte werkt en die nooit vermoeid mag zijn en steeds attent moet zijn op al die verschillende terreinen waarop ze werkt? Is zij de dochter van een ondankbare moeder? Is zij de dochter van een vrouw die schijnbaar gevoelloos haar verdriet beleeft na het overlijden van haar zorgende echtgenoot? Is zij de dochter van een man die zijn vrouw jarenlang belastte zodat deze er zelfs ‘ziek’ van werd en na zijn overlijden opleeft? Is zij als notarisvrouw lid van een maatschappelijk ‘voorbeeld–gezin’ en zal haar moeder een veelbesproken figuur worden? Zullen de kinderen hierover (op school of elders) niet lastig worden gevallen?
Dit zijn allemaal sociale perspectieven of spiegels die deze jonge vrouw kunnen worden voorgehouden (of die ze zichzelf voor kan houden). De gevoelsreacties die hierdoor automatisch worden opgeroepen zullen niet uitblijven. Voor haar waren het angst en verwarring waarmee ze de therapeut raadpleegde.
De presentatoren gaven verder voorbeelden hoe ze dergelijke sociale perspectieven in de therapie hanteerden. Via vragen, opmerkingen of mijmerende commentaren konden ze deze vrouw laten spreken over zichzelf, notarisvrouw, waardoor ze begin te merken dat er veel van haar verwacht werd hetgeen door haar omgeving, vaak zeer discreet, werd opgemerkt. Ze lieten mevrouw eveneens praten over haar moeder, die op een wel zeer eigen wijze, ook tegenover haar vriend, het verdriet omtrent haar man beleefde en ruimschoots een plaats gaf in haar nieuwe relatie. Ten slotte kon ze vaststellen hoe haar moeder lastige vragen van omstanders, omtrent de combinatie van rouwbeleving en een nieuwe relatie, hoffelijk wist te beantwoorden, waarmee ze blijk gaf van een verfijnde sociale onderhandelingsmethode. Na dit soort interventies kon de dochter herademen en op haar eigen wijze haar leven herinrichten of op haar eigen manier sociaal aanvaardbaar uit de band springen. Door deze nieuwe perspectieven voelde ze zich bevrijd van een aantal dwingende spiegels.
Een casuspresentatie op een studiedag is natuurlijk een poging om toepassingen van de theoretische begrippen die eerder op de dag werden uiteengezet te demonstreren. Bovenstaande schets is een wat oneerbiedige condensatie ten behoeve van dit verslag. In hun concrete beschrijving spraken ze de luisteraar echter aan en riepen vaak een glimlach van herkenning op. Door de luchtige en bijwijlen humoristische presentatie ontstond een sfeer van herkenning in de zaal, waardoor de studiedag niet alleen leerzaam maar tevens ontspannend was.
Een goed ingelichte lezer zal opmerken dat de inhoud van deze geslaagde studiedag reeds in de kiem werd ontwikkeld op een werkdag tijdens een vorig werkjaar (Nassen, 1991). Door deze studiedag van de Vereniging Systeemtheoretische Psychotherapie was ik zeer geboeid. Ik kijk alvast uit naar meer literatuur hierover.